zigzaggen
(doorverwezen van zigzagde)Vertalingen
zigzaggen
im Zickzack gehen, im Zickzack verlaufenzigzagzigzaguer, coudre au point zigzag, faire le point zigzag (ˈzɪxsɑxə(n))werkwoord
enkelvoud onvoltooid verleden tijd zigzagde , voltooid deelwoord heeft gezigzagd
vooruitgaan door eerst naar links, dan naar rechts, dan weer naar links, enzovoort te gaan Een dronken automobilist zigzagde stapvoets over de dijk.