bijpraten
(doorverwezen van praatte bij)Vertalingen
bijpraten
(ˈbɛipratə(n))werkwoord
enkelvoud onvoltooid verleden tijd praatte bij , voltooid deelwoord heeft bijgepraat
in een gesprek (iemand of elkaar) de laatste ontwikkelingen laten weten We moeten nodig weer eens bijpraten.