nagel
Thesaurus
nagel:
spijkerOpenThesaurus. Distributed under GNU General Public License.
Vertalingen
nagel
Nagel, Stift, Fingernagelnailclou, ongle, clou de girofle, griffe, marque de l'onglenaula, kynsiclavounghia, chiodogwóźdź, paznokiećunha, pregospik, naglarκαρφί, νύχιuñaظُفْرnehetneglnokti爪손톱neglноготьเล็บtırnakmóng指甲 (ˈnagəl)zelfstandig naamwoord mannelijk meervoud -s
1. anatomie hard deel aan de bovenkant van je vingers en tenen je nagels knippen
heel weinig geld hebben, arm zijn
heel weinig geld hebben, arm zijn
2. spijker
iemand moeilijkheden/last bezorgen
iemand moeilijkheden/last bezorgen
Kernerman English Multilingual Dictionary © 2006-2013 K Dictionaries Ltd.