afleiden van
(doorverwezen van leidde af van)Vertalingen
afleiden van
(ˈɑflɛidə(n) vɑn)werkwoord
enkelvoud onvoltooid verleden tijd leidde af van , voltooid deelwoord heeft afgeleid van
maken op basis van (iets anders) Nederlandse regels afleiden van Europese regelgeving Het woord 'aardigheid is afgeleid van 'aardig'.
Kernerman English Multilingual Dictionary © 2006-2013 K Dictionaries Ltd.