kruid
Vertalingen
kruid
Droge, Gewürz, Kraut, Spezerei, Würzedrug, spice, herb, condimentherbe, épicehierba (krœyt)
zelfstandig naamwoord onzijdig meervoud -en geurige en smakelijke plant
herbe vrouwelijk herbe vrouwelijk aromatique kruiden in het eten doen assaisonner le plat avec des (fines) herbes geneeskrachtige kruiden herbes médicinales daar is niets tegen te doen
Il n'existe pas de remède à cela.