forceren
Zoekopdrachten gerelateerd aan forceren: geforceerd
Thesaurus
forceren:
overbelastenVertalingen
forceren
aufdrängen, aufdringen, aufnötigen, dringen, vergewaltigenforce, impose, violatecontraindre, imposer, obliger, violer, forcerfuerza (fɔrˈserə(n))werkwoord
enkelvoud onvoltooid verleden tijd forceerde , voltooid deelwoord heeft geforceerd
1. met geweld openmaken een slot forceren
2. met dwang of geweld proberen te bereiken een beslissing forceren
een gemaakte, onechte glimlach
zich teveel inspannen
een gemaakte, onechte glimlach
zich teveel inspannen