borrel
dram, nip, peg, snifter, snorterapéritif, apéro, (petit) verrepizzicare (ˈbɔrəl)
zelfstandig naamwoord mannelijk meervoud -s1. sterk alcoholisch drankje
verre mannelijk (d'alcool) (vɛʀ(dalkɔl)) een jonge borrel une verre de jeune genièvre 2. bijeenkomst met drankjes en hapjes pot (po) mannelijk een borrel geven faire un pot een borrel na de vergadering un pot après la réunion