zigzaggen

Vertalingen

zigzaggen

im Zickzack gehen, im Zickzack verlaufenzigzagzigzaguer, coudre au point zigzag, faire le point zigzag (ˈzɪxsɑxə(n))
werkwoord
enkelvoud onvoltooid verleden tijd zigzagde , voltooid deelwoord heeft gezigzagd
vooruitgaan door eerst naar links, dan naar rechts, dan weer naar links, enzovoort te gaan Een dronken automobilist zigzagde stapvoets over de dijk.
Kernerman English Multilingual Dictionary © 2006-2013 K Dictionaries Ltd.
Copyright © 2003-2025 Farlex, Inc Disclaimer
Alle inhoud van deze website, met inbegrip van woordenboeken, thesauri, literatuur, geografie, en andere referentie-gegevens is alleen voor informatieve doeleinden. Deze informatie moet niet worden beschouwd als volledig, up-to-date, en is niet bedoeld om gebruikt te worden in plaats van een bezoek, raadpleging, of adviezen van juridische, medische, of een andere professioneel.