uitlopen

Vertalingen

uitlopen

abfahren, abreisen, ausgehen, ausrücken, enden, endigen

uitlopen

cometoanend, driveaway, driveoff, end, endup, exit, expire, goout

uitlopen

aboutir, descendre, donner, finir, prendre fin, se terminer, sorter, aboutir (à), assouplir (à l'usage) [chaussures], bourgeonner, couler, dans), déboucher (sur, germer, prendre une avance, ralentir, se jeter (dans), se prolonger, sortir (de), suivre/aller jusqu'au bout, terminer, partir
Copyright © 2003-2025 Farlex, Inc Disclaimer
Alle inhoud van deze website, met inbegrip van woordenboeken, thesauri, literatuur, geografie, en andere referentie-gegevens is alleen voor informatieve doeleinden. Deze informatie moet niet worden beschouwd als volledig, up-to-date, en is niet bedoeld om gebruikt te worden in plaats van een bezoek, raadpleging, of adviezen van juridische, medische, of een andere professioneel.