wind
Windwind, fart, break wind, guffvent, gaz, pet, gaz intestinale, airάνεμος, αέραςviento, aire, pedoventoветерرِيحvítrvindtuulivjetar風바람vindwiatrventovindลมrüzgargió风вятър風רוח (wɪnt)
zelfstandig naamwoord mannelijk meervoud -en1. meteorologie voelbare horizontale luchtstroming buiten
vent mannelijk westenwind vent d'ouest een harde/straffe wind un vent fort/cinglant voorspoed hebben
avoir le vent en poupe ik heb veel voorspoed
J'ai le vent en poupe. (van advies/raad) afwijzen
ignorer zware kritiek krijgen
marcher contre le vent figuurlijk en prendre pour son grade wat iemand anders wilde doen, zelf eerder doen
couper l'herbe sous le pied de quelqu'un steeds weer een andere mening verkondigen, naargelang dat zo uitkomt
virer à tous les vents op een plek waar je de wind niet voelt
à l'abri du vent van weinig geld leven
vivre de l'air du temps het begint te waaien
Le vent se lève. het houdt op te waaien
Le vent tombe. oh, gaat het zo?
Ah! C'est comme ça que ça va! veel gezag hebben
être doté d'une grande autorité heel erg stinken
puer à des kilomètres à la ronde 2. (stinkende) lucht die hoorbaar ontsnapt uit je darmen
vent mannelijk pet mannelijk een wind laten lâcher un vent/pet Kernerman English Multilingual Dictionary © 2006-2013 K Dictionaries Ltd.