verband
Verband, Bandage, Verhältnis, Zusammenhangbandage, relation, understandingrelation, bandage, rapport, abord, contexte, engagement, obligation, connexion, dépendance, liaison, lien, pansementapósito, vendajefasciatura, bendatura, fasciaضِمَادةobvazbandageεπίδεσμοςsidezavoj包帯붕대bandasjebandażbandagem, ligaduraбинтbandageผ้าพันแผลsargıbăng dán cứu thương绷带връзка (vərˈbɑnt)
zelfstandig naamwoord onzijdig meervoud -en1. medisch reep stof waarmee je een wond kunt verbinden
pansement mannelijk noodverband pansement de fortune een verband aanleggen mettre un pansement 2. manier waarop dingen met elkaar te maken hebben
rapport mannelijk lien mannelijk in verband staan met être en rapport avec quelque chose verband houden met être en rapport avec In verband met een storing rijden er geen treinen naar Amsterdam. à cause de / à la suite d'un panne, les trains à destination d'Amsterdam ne roulent pas. iets zonder context vertellen waardoor je een verkeerde indruk geeft van de zaak
sortir quelque chose de son contexte 3. samenwerking tussen groepen of landen
association vrouwelijk samenwerkingsverband accord de coopération in internationaal verband het probleem van de honger aanpakken s'attaquer au problème de la faim dans le cadre d'une coopération internationale Kernerman English Multilingual Dictionary © 2006-2013 K Dictionaries Ltd.
Collins Multilingual Translator © HarperCollins Publishers 2009