staren
starren, anstarrengaze, stare, peerfixer (qn, qc), contempler, fixerيُحَدِّقُ, يُحَمْلِقُzíratstirreατενίζω, κοιτάζω επίμοναmirar, mirar fijamente, quedarse mirandotuijottaazuritifissare, fissare con lo sguardoじっと見つめる, 見つめる응시하다betrakte, stirregapić się, przyjrzeć sięolhar fixamenteпристально глядетьstirraจ้อง, จ้องมองgözünü dikip bakmak, gözünü dikmeknhìn chằm chằm凝视, 盯着看 (ˈstarə(n))
werkwoord enkelvoud onvoltooid verleden tijd staarde , voltooid deelwoord heeft gestaard
strak naar één punt kijken en niet echt iets zien fixer le vide voor je uit zitten staren regarder dans le vague
te veel met één ding bezig zijn waardoor de rest te weinig aandacht krijgt être obsédé/obnubilé par Je moet je niet blindstaren op het salaris, maar ook nagaan of je het werk aantrekkelijk vindt. Il ne faut pas être obnubilé par le salaire, mais voir aussi si on trouve le travail intéressant.
Kernerman English Multilingual Dictionary © 2006-2013 K Dictionaries Ltd.