ruisen

Thesaurus
Vertalingen

ruisen

murmeln, murren, rauschenrustle, swish, murmur, muttermurmurer, sussurer, faire un bruit léger, froisser [vêtements], bruire, chuchotercrepitìo, rubare (ˈrœysə(n))
werkwoord
enkelvoud onvoltooid verleden tijd ruiste , voltooid deelwoord heeft geruist
een zacht geluid maken dat niet ophoudt De wind ruist in de bomen. een ruisende beek
Kernerman English Multilingual Dictionary © 2006-2013 K Dictionaries Ltd.
Copyright © 2003-2025 Farlex, Inc Disclaimer
Alle inhoud van deze website, met inbegrip van woordenboeken, thesauri, literatuur, geografie, en andere referentie-gegevens is alleen voor informatieve doeleinden. Deze informatie moet niet worden beschouwd als volledig, up-to-date, en is niet bedoeld om gebruikt te worden in plaats van een bezoek, raadpleging, of adviezen van juridische, medische, of een andere professioneel.