normaal
normal, normalerweisenormal, natural, proper, normallynormal, normalement, standard, ordinairenormale, normalmenteعَادَةً, عَادِيّnormálně, normálnínormal, normaltκανονικά, ομαλόςnormal, normalmentenormaali, tavallisestinormalan, normalno普通に, 普通の정상의, 정상적으로normal, vanligvisnormalnie, normalnynormal, normalmenteнормально, обычныйi vanliga fall, normalโดยปรกติ, ปรกติnormal, normaldebình thường, như thường lệ正常的, 通常地, 正常正常 (nɔrˈmal)
bijvoeglijk naamwoord zoals het vaakst voorkomt, zoals de meeste mensen doen
normal/-ale een espresso, een decafé en een normale koffie un expresso, un déca et un café normal Doe maar normaal, dan doe je al gek genoeg. Fais comme tout le monde, s'il te plaît! Kernerman English Multilingual Dictionary © 2006-2013 K Dictionaries Ltd.