gemeenschap

Thesaurus

gemeenschap:

paringsymbiose, samenleving, maatschappij,

OpenThesaurus. Distributed under GNU General Public License.

Vertalingen

gemeenschap

Gemeinde, Gesellschaft, Gemeinwesen, Gemeinschaft, Zwiesprachecommunity, society, communionsociété, communauté, commune, communion, coït, rapports sexuels, societé, collectivitésociedad, comunidad, comuniónمُجْتَمَع, مُشارَكَةkomunita, splynutílokalsamfund, samhørighedθεία κοινωνία, κοινότηταehtoollinen, yhteisözajednicacomunione, comunità共有, 地域社会공동체, 성찬식sameie, samfunnspołeczność, wspólnotacomunidade, comunhãoобщество, общностьnattvard, samhälleการมีส่วนร่วม, ชุมชนortak görüş, toplulukcộng đồng, sự đồng cảm社区, 恳谈社區הקהילה (xəˈmensxɑp)
zelfstandig naamwoord vrouwelijk meervoud -pen

1. groep mensen of landen die bij elkaar horen communauté vrouwelijk dorpsgemeenschap communauté rurale de Europese Gemeenschap la Communauté européenne

2. elk van de drie taalgebieden als bestuurlijke eenheid in België communauté vrouwelijk de Vlaamse Gemeenschap la Communauté flamande

3. geslachtsgemeenschap, seks hebben (met iemand) avoir des rapports avec quelqu'un

Kernerman English Multilingual Dictionary © 2006-2013 K Dictionaries Ltd.