enkelvoud onvoltooid verleden tijd blafte , voltooid deelwoord heeft geblaft
(van een hond) hard stemgeluid maken aboyer (abwaje) De hond blaft tegen zijn baasje. Le chien aboie devant son maître. De ontevreden baas blafte tegen zijn personeel. Le patron, mécontent, aboyait contre son personnel.
Alle inhoud van deze website, met inbegrip van woordenboeken, thesauri, literatuur, geografie, en andere referentie-gegevens is alleen voor informatieve doeleinden. Deze informatie moet niet worden beschouwd als volledig, up-to-date, en is niet bedoeld om gebruikt te worden in plaats van een bezoek, raadpleging, of adviezen van juridische, medische, of een andere professioneel.