blad
Blatt, Bogen, dünne Platte, dünne Schicht, Papierbogen, Präsentierbrett, Präsentierteller, Tablett, Zeitung, Klingeleaf, sheet, gazette, magazine, newspaper, plateau, periodical, tray, bladefeuille, journal, lame, plateau, feuille de métal, gazette, feuille (de papier), magazine, page [d'un livre], plaqueblad, arkbandeja, folhagazzetta, foglia, foglioصَفِيحَة, وَرَقَةٌlistark, bladφύλλοhojaarkki, lehtilist, list papira・・・枚, 葉잎, 한 장ark, bladarkusz, liśćлистแผ่น, ใบไม้yaprakchiếc lá, tờ一张, 树叶листגיליון (blɑt)
zelfstandig naamwoord onzijdig meervoud -eren, -en1. plantkunde plat stukje groen dat groeit aan de stengel van een plant of de tak van een boom feuille (fɶj) vrouwelijk In de herfst worden de bladeren geel. En automne, les feuilles jaunissent.
2. regelmatig verschijnend(e) tijdschrift of krant
journal (ʒuʀnal) mannelijk het nieuws in de ochtendbladen les informations dans les journaux du matin maandblad mensuel 3. voorwerp om kopjes of glazen op te zetten plateau (plato) mannelijk de glazen op een presenteerblad naar binnen brengen apporter les verres sur un plateau
4. stuk papier feuille (fɶj) vrouwelijk een bedrukt blad une feuille imprimée
5. openlijk zeggen wat je denkt ne pas mâcher ses mots
Kernerman English Multilingual Dictionary © 2006-2013 K Dictionaries Ltd.